Bij kinderen met stand- of houdingsafwijkingen ontstaat altijd de vraag of het binnen of buiten de norm valt. Een kindervoet maakt een snelle ontwikkeling door waardoor het verstandig is om kinderen met voetklachten of motorische problemen te laten controleren door de podotherapeut. Een opvallend looppatroon, sterk afwijkende voetstand of een opmerkelijke houding zijn hier voorbeelden van. Het negeren van eventuele problemen kan, ook op latere leeftijd, in andere delen van het lichaam (benen, heupen of rug) klachten gaan veroorzaken. Er zijn standsafwijkingen in voeten, knieën, heupen en rug die bij vroegtijdige herkenning goed en eenvoudig kunnen worden behandeld en verbeterd.
Ontwikkeling kindervoet – en benen
De kindervoet kan niet worden vergeleken met de volwassen voet. Nog niet alle botstructuren zijn in de voet aanwezig na de geboorte. Ook niet alle voet- en beenspieren werken optimaal met als gevolg dat voeten van kinderen vaak een platte vorm vertonen.
Pasgeborenen trappelen graag met de voeten waardoor de voetspieren geprikkeld worden om te ontwikkelen. Te kleine schoenen, te strakke sokken of te strak ingestopte dekens mogen dit niet belemmeren.
Pasgeboren tot 1 jaar
Rond het eerste levensjaar (10-18 maanden) waagt een kind zijn eerste stapjes. Dit proces mag niet overdreven gestimuleerd worden. Wanneer de voetjes eenmaal belast gaan worden, staan de voeten eerst ver uit elkaar met de benen in een O-stand om het onzekere voortbewegen makkelijker te maken.
Vanaf 1,5 jaar
Het kind heeft nu ongeveer rechte benen. Letterlijk met vallen en opstaan worden de spieren getraind en wordt het lopen steeds zekerder.
Tussen 2 en 3 jaar
Nu wordt de O-stand van de benen een X-stand. Ook de enkels vallen nu naar binnen (knikvoetjes). Dit is, tot op zekere hoogte, normaal.
Vanaf 5 jaar
De benen en de voeten groeien meer en meer in een rechte stand, de X-stand zal geleidelijk aan verminderen.
Tussen 6 en 8 jaar
De stand van de X-benen herstelt zich waarna de voeten en benen recht staan. Rond deze leeftijd ontwikkelen platvoeten zich tot een normale voetboog.
Tot de leeftijd van 8 jaar is er geen reden om ongerust te zijn als de stand van de kindervoet niet overeenkomt met wat voor die leeftijd gebruikelijk is.